Wat is geothermie?
De term “geothermie” verwijst naar een reeks van technieken om voor verwarming of stroomopwekking warmte aan de ondergrond te onttrekken. Bij uitbreiding omvat de term ook de systemen die de ondergrond gebruiken voor koelprocessen (bijv. koeling van een gebouw in de zomer).
Geothermie gebruikt de ondergrond als een warmtebron.
Er bestaan verschillende types van geothermische systemen die ingedeeld worden volgens de diepte, dan wel volgens de temperatuur van het warmtereservoir. Op deze website wordt een indeling volgens de diepte gehanteerd:
- Categorie I: oppervlaktegeothermie: max. 5 m diep
- Categorie II: ondiepe geothermie: 50 tot 300 m diep
- Categorie III: diepe geothermie: op meer dan 1000 m diep
Onder de twee eerste categorieën vallen de geothermische systemen waarbij onrechtstreeks gebruik van de aardwarmte wordt gemaakt. Op deze geringe dieptes volstaat de (in België) heersende temperatuur (ongeveer 12 à 13°C) immers niet om een gebouw rechtstreeks te voorzien van verwarming of om stroom op te wekken. Men dient dus een warmtepomp te gebruiken om de temperatuur op te waarderen tot een niveau waarmee het gebouw kan verwarmd worden (bijv. 35°C voor vloerverwarming). Koeling van het gebouw kan daarentegen wel zonder warmtepomp gebeuren (free geocooling, passieve koeling). In de 3de categorie is het wel mogelijk om met de heersende temperatuur verwarmingssystemen op stedelijk niveau te voeden of, met het oog op stroomopwekking, turbines aan te drijven. Het betreft dan rechtstreeks gebruik van de aardwarmte.
De diepte van de installaties hangt af van het vereiste thermische vermogen, de beschikbare ruimte aan de oppervlakte en de thermische eigenschappen van de ondergrond. De begrenzing van de diepte tussen de verschillende categorieën is dus louter indicatief.
De verschillende categorieën en hun eigenschappen qua extractiediepte, desbetreffende temperatuur en gebruik staan in deze tabel samengevat.
Categorie | Diepte | Temperatuur | Enthalpie | Types | Bodem/Rotsbodem | Water in de ondergrond | Gebruik |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Categorie I | 1 - 5 m | -10°C - 25°C | Heel lage energie | Horizontale en spiraalvormige collectoren | Losse gronden (zand, leem, klei) | Aanwezigheid van water afgeraden (bemoeilijkt installatie) | Klimaatregeling (verwarming en (actieve) koeling) van gebouwen Sanitair warm water. |
Categorie II - Gesloten systemen | 10 - 30 m | 0°C - 25°C | Heel lage energie | Energiepalen en andere geostructuren | Losse gronden (zand, leem, klei) | Niet-noodzakelijke aanwezigheid van water | Klimaatregeling (verwarming en/of koeling) van gebouwen Sanitair warm water |
Categorie II - Gesloten systemen | 50 - 300 m | 0°C - 25°C | Heel lage energie | Verticale geothermische sondes | Losse gronden en rotsbodem | Niet-noodzakelijke aanwezigheid van water | Klimaatregeling (verwarming en/of koeling) van gebouwen Sanitair warm water |
Categorie II - Open systemen | 10 – 100 m | 0°C - 25°C | Heel lage energie | Geothermische boorgaten (pompputten) | Verzadigde waterdoorlatende bodem (watervoerende laag) | Watervoerende laag | Klimaatregeling (verwarming en/of koeling) van gebouwen Sanitair warm water |
Categorie III | 1000 - 2000 m | 50 - 100°C | Lage energie | Diepe geothermische boorgaten (pompputten) | Poreuze of gefractureerde rotsbodem | Warm water | Verwarming aan hoge temperatuur |
Categorie III | 4000 - 5000 m | 100 - 200°C | Intermediaire energie | Diepe geothermische boorgaten (pompputten) | Gefractureerde rotsbodem | Warm water of stoom | Industriële toepassing of stroomopwekking |
Categorie III | 1500 - 3000 m | > 200°C | Hoge energie | Pompputten (water/stoom) | Gefractureerde rotsbodem | Stoom | Stroomopwekking |